Trautzberger Maar
Strohn
Geologie
Het maar heeft zich in de in banden gevormde leisteenlagen gezet! Dit is een overgangslaag tussen de onderdevonische Sigen- en Unteremslaag. De hierop liggende Trautzberger Maar-tufstenen hebben een rode kleur en bevatten roodachtige zandsteen- en leisteenbrokken. Daarop volgt zwart basalt-lapilli-tufsteen van de Wartgesberg-vulkanen en als laatste de afzettingen van het Sprinker Maar, wat verscheidene ontsluitingen in de omgeving bewijzen.
In de maartufsteen werd bovendien ijswig-pseudomorfose vastgesteld, wat samen met de verschillende afkomst van de tufsteen bewijst, dat deze maartrechter moet zijn ontstaan gedurende de laatste ijstijd.
Bijzonderheden
Om meer landbouwkundige grond te krijgen, werd het voormalige vochtige gebeid in het Trautzberger Maar in het kader van de ruilverkaveling aan het begin van de jaren zestig van de vorige eeuw afgewaterd. Dit wordt nu weer terug gedraaid, zodat een aan natte habitat aangepaste flora en fauna dit gebied weer terug kan winnen. De werkzaamheden voor het hernieuwd onder laten lopen omvatte ook de kap van de drainage, het aanleggen van een kleine dam evenals het waarborgen van de erlangs lopende bedrijfsweg. De tijd zal tonen of er op lange termijn een open water zal ontstaan, zoals voor de eerste drooglegging rond 1820/30, toen het maar nog werd gebruikt als visvijver.
Het maar maakt deel uit van het natuurreservaat Wartgesberg.